Wat is bridge?

Bridge is een kaartspel waar veel plezier uitgehaald kan worden. Het spel speelt u samen met een partner tegen twee tegenstanders (dit zijn ook partners van elkaar). U maakt samen met uw partner afspraken over het bieden en spelen, waarbij u uiteraard probeert om samen beter te scoren dan uw tegenstanders. Een spel duurt ongeveer tien minuten, zo kunt u na een spel dat u verloren hebt gemakkelijk revancheren. U speelt het spel met vier personen en vaak tegen wisselende tegenstanders, dit maakt het dat bridge een sociale denksport is. Het spel is wereldwijd bekend en heeft dus overal dezelfde spelregels, zo heeft u dus minder snel geschillen over wie gelijk heeft als het gaat om de regels. Bridge kunt u spelen voor de gezelligheid met vrienden, maar u kunt ook bij een bridgeclub gaan om zo voortdurend nieuwe bridgeparen te ontdekken.

Spelregels van bridge.

Bridge kent een groot aantal spelregels, hier leggen we kort een aantal spelregels uit.

U speelt het spel met vier personen en deze worden verdeeld in twee teams van twee personen.
Het volledige kaartspel van 52 kaarten wordt gebruikt en iedere speler krijgt hiervan 13 kaarten.
Het spel is verdeeld in twee onderdelen; u start met bieden en speelt het spel daarna uit.

Bieden:

Het bieden begint bij de persoon die de kaarten gedeeld heeft en gaat daarna met de klok mee.
Het bieden draait om het bereiken van het beste contract. Het beste contract houdt in dat u het hoogste aantal punten denkt te kunnen maken.
Het bieden stopt als iedereen past of als na een bod driemaal wordt gepast en dus de beurt weer is bij degene met het hoogste bod.
De hoogste bieder krijgt dus een contract, dit duidt de speelsoort en het aantal slagen aan dat gehaald moet worden door het paar dat het hoogst geboden heeft.
De speler van het paar die als eerste de speelsoort heeft geboden wordt de leider en zijn partner wordt dummy. Nu kan het uitspelen beginnen.

Uitspelen

De speler links van de leider komt uit, hierna legt de dummy zijn kaarten open op tafel.
De leider geeft bij iedere slag aan met welke kaart de dummy speelt.
De hoogste kaart wint de slag en de speler van deze hoogste kaart moet de volgende slag uitkomen.
Belangrijk is dat bekennen moet, dit betekent dat als de speler de kleur niet heeft, mag hij troeven of een andere kleur bijleggen.
Als alle 13 slagen gespeeld zijn, wordt aan de hand van het aantal slagen die de leider gemaakt heeft, de score opgemaakt.

In de internationale spelregels vind u de uitgebreide spelregels. Hierin wordt vooral besproken wat er moet gebeuren als er iets fout gaat.